Uierboord

Wie lust er een broodje koeieuier?

 

Als je schrijft over eten in Rotterdam kan uierboord natuurlijk niet ontbreken. Uierboord is een eufemisme voor gebakken koeietiet. Veel oudere Rotterdammers koesteren er nog warme herinneringen aan. De rest van de stad reageert minder enthousiast.

“Persoonlijk beroer ik liever de borst van een vrouw dan dat ik de borst van een koe in dunne plakjes op mijn brood zou willen nuttigen,” meldt een collega, wiens vader de uier graag als broodbeleg at.

En mocht je bij de naam koeietiet nog niet zijn afgehaakt, dan gebeurt dat misschien wel als je leest dat de uier eerst drie uur gespoeld moet worden onder stromend water.

Gelukkig zijn er nog een paar mensen die je dit werk uit handen nemen. Slager Ooteman op de Oude Binnenweg is zo’n held van de oude stempel. Elke twee weken spoelt deze slager kilo’s verse koeieuier schoon, om het vlees vervolgens te stoven en te bakken. Het nostalgische gerecht wordt op nog maar weinig plekken verkocht, vertelt hij. ‘Laatst kwam er iemand helemaal uit Alphen aan de Rijn voor uierboord. Hij nam gelijk drie kilo mee.’

De gebruiksaanwijzing die ik mee krijg voor mijn proefsessie is simpel. Even in plakken snijden en opbakken in de boter, met wat peper en zout. Opwarmen in de magnetron kan ook. Het stuk vlees ziet eruit als een vierkante rollade, of een stevige ham. Verbeeld ik het me of ruik ik melk? Bij het bakken wordt de melklucht sterker, weeïger ook. Oef. Een goed moment om de afzuigkap op de turbostand te zetten.

Het vlees wordt zachter van het bakken en er komt een licht krokant korstje op. Dan is het moment aangebroken om te proeven. Het smaakt flauw, en het doet me ergens aan denken: tegenwoordig kun je zoiets ook in blik in de supermarkt kopen. Dan heet het smack. Uierboord is veel puurder dan die meuk uit blik, maar de textuur, de weeïge smaak en alle bijbehorende associaties staan het eetgenot toch een beetje in de weg. Dapper neem ik nog een paar happen, maar als er een stukje melkklier tevoorschijn piept uit het vlees, haak ik echt af. Conclusie: het gerecht staat niet voor niets bekend als ‘nostalgisch’ in plaats van ‘lekker’. Die uierboordrevival zal er wel nooit komen.