Daar is de Sambalman

Een beetje heet, maar wel lekker

Fans beginnen al te roepen als ze hem aan zien komen: “Jaah, Sambalman, hierheen! Drie potjes kippenlevers!” Snel inslaan, want je weet maar nooit wanneer je hem weer treft.

 

Maurice Declerq, alias Dr. Mau, is de Sambalman. Al jaren verkoopt deze levende legende zijn zelfgemaakte sambal en sauzen aan het Rotterdamse uitgaanspubliek.

Kleine paprikaatjes

Hij werd een landelijke bekendheid toen een tv-verslaggever in zijn keuken een madame jeanette peper aanzag voor een ‘klein paprikaatje’ en hem op at. Maurice keek geamuseerd toe. Terwijl de reporter met uitslaande brand lag te kronkelen op de bank ging de Sambalman onverstoorbaar door met sambal maken.

Die onverstoorbaarheid en onvoorspelbaarheid (je komt hem nooit tegen als je sambal nodig hebt) maakten van Maurice een legendarisch stadsfiguur. Zijn zwijgzaamheid draagt bij aan de mythe.

Witte baard

Maurice volgt een min of meer vaste route langs Rotterdamse kroegen en terrassen. Startpunt vandaag is de Oude Haven. Rond zes uur ‘s avonds komt hij aanrijden op zijn zwarte brommer. In een aanhangwagentje staan een paar dozen vol potjes vers gemaakte sambals, chutneys, hot sauce en kippenlevertjes.

“Echte Surinaamse sambal! Een beetje heet maar wel lekker!” Mensen kijken op van hun biertje. Met zijn grote witte baard, witte pet en rode zonnebril is de Sambalman een opvallende verschijning. Maurice gaat de terrassen langs met zijn waar. Vijf euro per stuk kosten ze, aan afdingen doet de Sambalman niet. Na twee transacties en een selfie met een fan houdt hij het voor gezien. “Er zijn hier veel toeristen. Buitenlanders kopen geen sambal.”

Legendarisch

Volgende stop: Café Bokaal. Hier, op de Nieuwemarkt krijgt Maurice het drukker. Een vriendengroep koopt meteen vier potjes. Fleur en Goran zijn fan van de uienchutney. “Die is legendarisch”.
Vriend Reinoud heeft zojuist de gele sambal (van adjuma en madame jeanette pepers) gekocht als gepeperd verjaardagskado voor zijn moeder. Goran: “Thuis viel er eens een pot sambal op mijn broek. Het spul brandde door de spijkerstof heen in mijn huid. En dat was dan nog de rode sambal, de ‘minder pittige’.”

Een kok van het nabijgelegen Pix rent naar buiten en koopt drie potjes. “Twee voor de zaak, een voor thuis.” De Sambalman geeft heel wat Rotterdamse menukaarten extra pit.

Geheim

Wat is het geheim van de sambal? Maurice verklapt niks. “Je komt er nooit achter. De ingrediënten staan op de pot. Als je van koken houdt moet je de hoeveelheden zelf maar een beetje inschatten.” Zelf werkte hij jaren aan zijn recepten. “In het begin ging het wel eens mis. De sambal begon te gisten en de potjes knalden. Daar heb ik flink verlies op geleden.”

Gebit

De huidige inkomsten van de Sambalman gaan beter, maar zijn naar eigen zeggen bescheiden. “Ik kan maar beperkt bijverdienen met mijn uitkering.” De inkomsten van de sambal spaarde Maurice op voor een nieuw gebit, en dat doel lijkt behaald. “Een aantal mensen hebben me daarbij geholpen. Binnenkort heb ik een afspraak bij de tandarts.”

Brommer

Ook zijn vervoer is geüpgraded. Het fietsen viel hem steeds zwaarder. Want ondanks zijn jongensachtige uitstraling beginnen de jaren te tellen bij de 66-jarige sambalman. “Na één dag verkopen had ik zo’n kramp in mijn benen dat ik drie dagen niet op pad kon.” Met nieuw gebit en brommer kan Maurice weer jaren vooruit. Gelukkig maar, want zonder Sambalman wordt het een flauwe boel.

Waar is de Sambalman?

Meestal gaat Maurice op vrijdag- en zaterdagavond op pad. Zondag rijdt hij een kortere route.
Op de Facebookpagina van de Sambalman staat zijn route uitgelegd.

Museum Rotterdam benoemde Maurice tot Echt Rotterdams Erfgoed. Lees zijn verhaal op www.museumrotterdam.nl/ontdek/de-sambalman