Moeten de varkens worden gered?

Het einde van Arie en Japie komt in zicht.  Ergens in november, de slachtmaand, gaan ze naar de slacht. Het vlees wordt dan verwerkt tot worsten, spek, ham, en alles wat je nog meer van varkens kunt maken. Het naderende einde van de heren houdt de gemoederen hier in de buurt bezig. Ze moeten worden gered, vinden veel mensen. Dat is lief bedoeld, maar ook naïef en een beetje hypocriet. 

Waar mensen eerst riepen dat je midden in de stad geen dieren kunt houden omdat ze vast iets naars wordt aangedaan door de plaatselijke jeugd, of dat de dieren overlast zouden geven in geur en geluid, klinken nu heel andere geluiden. Een buurtbewoner is een handtekeningenactie gestart om Arie en Japie te redden. Ook is er sinds een paar dagen een Facebookpagina waar wordt opgeroepen om de varkens te redden.
Het is fijn om te zien dat Arie en Japie zo geliefd zijn geworden, maar wat willen de redders nou precies bereiken?

Consequenties
Ik vind het goed dat er discussie ontstaat over de varkens en het eten van vlees. Bewustwording over ons eten is een van de bedoelingen van het Varkenshuis, en een van de redenen waarom ik als buurtboer meedoe met dit project.
Maar het vreemde van deze akties is dat de mensen ze wel willen redden, maar niet bereid lijken om voor de consequenties op te draaien. Worden alle ondertekenaars vegetariër? Ik betwijfel het. Gaan ze voortaan scharrelvlees eten in plaats van vlees uit de bio-industrie? Ik kan het alleen maar hopen, maar gezien het onveranderde assortiment aan vlees in de plaatselijke supermarkt is dat nog niet massaal gebeurd.
Gaan ze dan misschien zelf voor Arie en Japie zorgen? Nee, ook dat niet. “Er is vast wel een boerderij waar ze kunnen wonen,” is de insteek op de Facebook-pagina. Alsof een boer zit te wachten op twee gecastreerde beren die hem alleen maar geld kosten.

Varkens op het voetbalveld
Ik sprak de dame die de handtekeningen inzamelt vorige week, toen ik bij het Varkenshuis twee enorm zware dozen varkensbrokken aan het bijvullen was. “Ik ga ze redden,” zei ze, en ze wees op Arie en Japie. 2300 handtekeningen had ze al. Een aantal waar ik van onder de indruk was. Maar toen ik haar een dag later bij de metro-uitgang zag posten met haar papieren, dacht ik ook: veel van deze handtekeningen komen van mensen die de varkens nog nooit gezien hebben.
Ik vroeg haar of ze een idee had wat er dan met Arie en Japie moest gebeuren. “Ze kunnen toch op het voetbalveldje in het park”, zei ze. “Of naast het Kaapschip, daar is ook nog plek.” Los van de vraag of je daar ooit toestemming voor krijgt: wie gaat er dan voor ze zorgen, vijftien jaar lang? Wie gaat het hek timmeren, de dierenarts, de brokken en de accu voor het schrikdraad betalen? Wie controleert of het eten in de kliko geen rauwe aardappelen bevat, of vlees? Daar had ze nog niet aan gedacht. Arie en Japie moesten gered worden, dat was alles. Het is heel lief bedoeld, maar praktisch gezien kun je er niks mee.

Bewustwording
Dit was ook een interessante reactie van iemand die ze in leven wil houden: “Waarom moeten ze naar de slacht, de supermarkt ligt toch al vol met vlees?.” Ja, hallo pannenkoek! Daar gaat het nou precies over. De supermarkten liggen vol met vlees, veelal van dieren die in de bio-industrie een rotleven hebben gehad. Dat vlees ligt er omdat er heel veel mensen zijn die dat kopen. Ook ondertekenaars van de petitie. Het Varkenshuis wil mensen juist bewust maken van wat er allemaal bij je dagelijkse karbonaadje komt kijken. Dat je je bewust bent van wat je eet. Hoeveel zorg en voedsel dat kost. En dat varkens hele toffe dieren zijn die een beter leven verdienen. Of je ze nu eet of niet.

Aanwinst voor de wijk
“Ja maar, we zijn er aan gehecht geraakt”, is een andere veelgehoorde reactie. Daar kan ik me iets bij voorstellen. Want Arie en Japie zijn geweldige, lieve en gezellige dieren. Een aanwinst voor de wijk. Dat je vervolgens voorstelt om ze bij een (kinder)boerderij onder te brengen snap ik dan weer niet. Ik zou het dan ook toejuichen als er op een of andere manier een vervolg komt op dit project. Nieuwe varkens, kippen of schapen op de Kaap? Ja graag!

Buurtboeren
En let wel: De mensen die nu protesteren zijn niet degenen die in de vrieskou een hok en hek hebben staan timmeren, in de stromende regen en modder de drinkbak opnieuw hebben ingegraven, met loodzware dozen met varkensbrokken hebben gesjouwd, of bruikbaar eten voor de varkens hebben gesorteerd vanuit een stinkende kliko. Ik vraag me ook af of ze wel eens over het hek zijn gestapt om Arie en Japie over hun warme zachte buik te aaien. De buurtboeren hebben dat allemaal wel gedaan. Als er iemand de afgelopen maanden gehecht is geraakt aan Arie en Japie dan zijn zij het. Uiteindelijk beslissen zij over de slacht.

 

Confronterend
Ik vermoed dat veel van de mensen die tegen de slacht zijn, wel gewoon vlees eten. En dan niet eens van de scharrel- of biologische variant. Hoe is dat te rijmen? Het idee van de naderende slacht van Arie en Japie is misschien te confronterend voor ze. Ze worden geconfronteerd met het feit dat er nu eenmaal dieren doodgemaakt worden omdat (veel) mensen vlees eten. Door een verhuizing naar een kinderboerderij of het Beloofde Varkensland (geen grap, deze plek bestaat echt) zijn ze uit het zicht, en hoeft niemand meer na te denken over wat hij in zijn mond schuift. Arie en Japie zijn toch gered? Ik heb mijn bijdrage geleverd in de vorm van een handtekening, mijn geweten is gesust. Zo, en nu weer lekker makkelijk aan de kiloknallers.